13 mei 2013

De paradox in subsidiëring van optredens in het Nederlandse popcircuit (2) - het FPK reageert

Een maand geleden postte ik dit stuk van Yuri Landman, gericht aan het Fonds Podiumkunsten. Die reageerden:

Hoi Yuri,

In je artikel ligt de focus op het subsidie onderdeel voor Kernpodia en het is duidelijk dat je vindt dat de doelstelling van de regeling niet aansluit op de praktijk zoals jij die ervaart. Dat is jammer en misschien ook niet de hele waarheid. Het Fonds kan met cijfers onderbouwen dat deze onderdelen voor popmuziek binnen de programmeringsregeling wel degelijk wordt benut en positieve effecten heeft:

In 2012 organiseerden 39 kernpodia 1.189 subsidiabele concerten met een gemiddeld aantal bezoekers van 214 per concert. Dit ligt een stuk hoger dan de 20 bezoekers of de lege zaal zoals je meerdere malen aangeeft in je artikel. Bovendien worden er bij de kernpodia voorwaarden gesteld aan de hoogte van het aantal bezoekers. Podia met slechte bezoekersaantallen worden niet in de regeling opgenomen (zie ook bijgesloten overzicht met de bezoekersaantallen).

250 van de 1.189 subsidiabele concerten betroffen concerten van Nederlandse bands in combinatie met buitenlandse bands. Het gemiddelde aantal bezoekers bij de combinatie concerten bedroeg 201 per concert. Ook dan is er geen sprake van matig bezochte zalen. Daarnaast blijken de kernpodia die je in je artikel noemt, zoals Ekko en Occii, de koplopers te zijn in het organiseren van subsidiabele concerten van Nederlandse bands in combinatie met buitenlandse bands. Ruim 50% van onze subsidie aan Ekko is toegekend voor deze combinatie concerten. Bij Occii betrof het bijna het gehele verstrekte subsidiebedrag. Vooral de randstedelijke podia maken meer gebruik van deze subsidiemogelijkheid.

De regeling van het Fonds heeft als doel bij te dragen aan de ontwikkeling van popmuziek in Nederland door het stimuleren van optredens van Nederlandse bands. Door het hanteren van een minimum gage stimuleert het Fonds dat er redelijke gages aan Nederlandse bands worden uitbetaald. Het betreft een tekort subsidie. Wanneer er geen tekort is wordt er geen subsidie verstrekt. Door op te treden in het voorprogramma van een bekende buitenlandse band krijgt een Nederlandse band veel exposure die de band verder kan helpen in de ontwikkeling. Het is een mooie springplank naar het opbouwen van een eigen publiek. Daarom biedt het Fonds binnen het subsidie onderdeel voor de kernpodia hiervoor ook de mogelijkheid. De ondergrens voor optredens als voorprogramma van een bekendere buitenlandse band ligt lager dan de minimum gage bij een concert met alleen Nederlandse bands om op deze manier de drempel bij een Kernpodium te verlagen om toch te kiezen voor een Nederlands voorprogramma.

Zoals gezegd vallen de grote podia zoals Tivoli en de Melkweg niet binnen het subsidieonderdeel voor kernpodia, maar binnen het onderdeel voor Subsidie Reguliere Podia (SRP). Deze podia ontvangen subsidie voor hun gehele programmering. Er worden daarbij geen voorwaarden gesteld aan de gages die moeten worden uitbetaald aan Nederlandse bands. Dit is geheel aan de programmeurs zelf. De SRP regeling is zoals gezegd voor alle disciplines (muziek, dans, theater en muziektheater). Het is niet mogelijk om binnen deze regeling voor een niche aparte voorwaarden te stellen (zo kennen theaterpodia veelal geen voorprogramma’s). Dat zou een ongelijke behandeling betekenen.

Alleen focussen op de randstad is voor een landelijk fonds als het Fonds Podiumkunsten geen optie. En er zijn ook (hele goede) bands buiten de randstad die willen optreden en mensen buiten de randstad die graag concerten willen bezoeken.

Om in een voorprogramma te spelen is je eigen verantwoordelijkheid en keuze, en de voorwaarden moet je onderhandelen met de podia. Uiteindelijk zijn het de podia die bepalen wat er aan een band wordt uitbetaald en hoe en of de kernpodium-subsidie wordt ingezet. Hierin kan en wil het fonds zich ook niet te veel mengen. De subsidie is bedoeld als ondersteuning en er zijn voorwaarden aan verbonden, maar de subsidiegever bepaalt niet het beleid van een podium of van een gezelschap.
De programmeringsregeling, zoals we die nu hanteren, wordt in 2013 geëvalueerd en wij zullen je inbreng daarin zeker meenemen.

Misschien ten overvloede, maar het onderdeel voor de kernpodia is niet het enige subsidieonderdeel waar de popsector gebruik van kan maken. Alle 7 onderdelen van de programmeringsregeling staan open voor popmuziek. Daarnaast is er voor bands ook de mogelijkheid subsidie aan te vragen binnen de projectenregeling, waar voor een reeks concerten en de voorbereiding daarvan een bijdrage kan worden gevraagd. Voor buitenlandse concerten zijn er een aantal mogelijkheden voor bands binnen de internationaliseringsregeling.

Wanneer je het zinvol vindt kan het Fonds wellicht een uitleg op je blog plaatsen.

Hartelijke groeten,

[...]
Stafmedewerker Muziek FPK

Geen opmerkingen: