20 april 2012

De platenzaak die mijn leven veranderde (16)

@EdgarKruize (freelance (muziek-)journalist: ‘Opgroeien in de gemeente Monster (onder Den Haag langs de kust afzakken, kom je er vanzelf langs) was voor een muziekliefhebber geen onverdeeld genoegen. Welgeteld één platenwinkel in het dorp (die ook nog eens gewoon ‘De Platenwinkel’ heette) en die blonk nu niet direct uit in een breed assortiment. Ik herinner nog goed toen die betreffende platenwinkel ergens in 1986 in Veronica’s Top 40 op vrijdagmiddag haar plaatselijke Top 10 mocht voorlezen. Ik zat klaar met mijn cassettedeck. Niet om de Top 10 van de lokale platenboer te horen, maar om Prince’ Kiss (destijds alweer zakkend, op nummer 22) op te nemen. De eigenaresse van de platenwinkel babbelde - terwijl de dienstdoende DJ haar maar niet afkapte - niet alleen het intro, maar ook volledige eerste couplet van Kiss vol. Terwijl Prince met zijn piepstem aan het eerste refrein begon en ik met rook uit de oren achter het cassettedeck zat, hoorde ik dat in mijn dorp Robert Long met Iedereen Doet Het de best verkochte single was. Jottum.Tot die tijd (ik was destijds 12 jaar oud) had ik amper zelf muziek gekocht. Ik had de single A View To A Kill van Duran Duran, de soundtrack van Fame (ja, echt), The Final van WHAM! en later dat jaar de LP A Kind Of Magic van Queen, allen voor me gekocht (wel op eigen verzoek) door ouders of grootouders. Prince weigerden ze voor me te kopen. ‘Te vulgair’. Tsja, ze moesten eens weten wat George Michael en Freddie Mercury in hun vrije tijd uitspookten... Hoe dan ook, vandaar dus dat cassettebandje in de aanslag. De transfer van lagere school naar middelbaar onderwijs in het nabij gelegen ’s Gravenzande opende mijn muzikale wereld aanzienlijk. Tot die tijd nam ik vrijwel alles wat ik leuk vond op van de radio vanwege de niet toereikende platenwinkel in eigen dorp. Maar in ’s Gravenzande had je destijds Disco Zuid. Een soort veredelde Free Record Shop qua aanbod, maar dat was allang meer dan dat ze in Monster hadden staan. Daarnaast – en dat was de grote trekker voor mij – had Disco Zuid onder de vinylschappen steevast grote bakken met afgeprijsde singles staan. Vijftig cent of een gulden, afhankelijk van hoe lang ze al in die bakken rondzwierven. Urenlang heb ik in die winkel op mijn knieën gezeten om die bakken tot de laatste single uit te pluizen en ik kocht voor twee kwartjes of een piek alles wat ik mooi vond. Van Chris Rea tot Pet Shop Boys, van Madonna tot Cliff Richard & The Young Ones, van Simple Minds tot U2 en van Prince tot Guns ’n Roses. Via bladen als OOR en buitenlandse tijdschriften als NME en Vox merkte ik in de jaren die volgden dat er nog een hele andere muzikale wereld open lag. Eentje waarvoor je niet in Monster of omliggende Westlandse gemeentes moest zijn. Vroeg ik daar om Pixies of Urban Dance Squad, keek men me glazig aan. In Den Haag (en met name de lokale Plato filialen – destijds nog twee stuks) lag de oplossing aanvankelijk. Maar de echte rijkdom en meerwaarde van ‘de betere platenzaak’ ontdekte ik pas naar mate de jaren negentig vorderden.

Ik studeerde vanaf 1993 aanvankelijk in Schiedam, later in Rotterdam, maar woonde nog in Monster. Er waren diverse routes met het openbaar vervoer die van Monster naar Schiedam leidden. Hoe ik er rond 1994/1995 achter kwam dat ik in Delft moest zijn, weet ik echt niet meer. Maar vrij snel werd mijn favoriete route met bus 128 naar Delft en daar vandaan de trein. En weer terug op die manier. De reden? In Delft had je binnen een straal van een paar honderd meter zo veel platenwinkels, dat je echt een keuze moest maken waar je die dag je slag zou willen gaan slaan. Zodoende werd dat een vaste stop meerdere dagen per week, de jaren die volgden. Aan de ene kant van het spoor zat Crazy Diamond, een prima tweedehands vinyl verkoop, waar je altijd terecht kon voor een praatje en waar je altijd wel weer naar buiten liep met iets moois, meestal werk uit vervolgen jaren. Pink Floyd, The Cure, Depeche Mode… En in latere jaren ook nieuwer werk van Monster Magnet en door hen zelf uitgegeven vinyl van The Use Of Ashes. Ging je vanaf het station de andere kant op, stuitte je eerst op het ietwat dubieuze Playland. Daar maakte ik kennis met het fenomeen bootlegs (erg verslavend – ben concerten op een gegeven moment zelf gaan opnemen om geld uit te sparen). Liep je een stukje verder had je achtereenvolgens Sounds met haar machtige assortiment, Van Leest voor de aanbiedingen, een Free om over te slaan en Velvet om de prijzen met Sounds te vergelijken. Als je vanaf Velvet de Voldersgracht opliep had je even verderop het fenomenale Plexus alias ’t Platenmanneke. Een winkel waar ze in de tijd dat de wereld massaal overgestapt was naar cd nog stug vinyl bleven verkopen en waar ik flink wat duiten heb stukgeslagen aan nieuw vinyl van bands en artiesten als Smashing Pumpkins, Pearl Jam, vaste prik Prince die ik (óók in de jaren ’90) blind bleef kopen, Eels, Beck... Dat soort werk. Je viste ze zo uit de bakken, hoefde er niet eens naar te vragen. Maar de winkel die echt mijn muzikale leven heeft veranderd en verrijkt, omdat de eigenaar zich hard maakte voor bepaalde releases en ook precies wist wat ik mooi zou vinden nog voordat ik het had gehoord, was Perfect Sound Forever op de Delftse Beestenmarkt. Een minuscuul winkeltje (de gemiddelde woonkamer is groter) met niet een heel uitgebreid maar wel een heel uitgebalanceerd assortiment. Een winkeltje waar Bob Rockland achter de kassa zat. Het bleek zijn echte naam, je verzint het niet.

Vernoemd naar het inmiddels legendarische EP van Pavement, was Perfect Sound Forever een winkel waar ik heen ging om bijvoorbeeld iets van Britpoppers Blur of Supergrass op de kop te tikken en dan ging ik op aanraden van Bob niet alleen weer weg met waar je voor kwam, maar ook met albums van Sebadoh, Tortoise, Dinosaur Jr., Sonic Youth, Motorpsycho, Built To Spill, Lambchop of Grandaddy. Liefst op vinyl. Ik denk dat ik destijds enthousiast gemaakt door Bob zo’n beetje elk album uit de toenmalige Excelsior stal daar heb gekocht. Caesar (dat er nog wel eens optrad. Buiten op de stoep, binnen paste het niet), Daryll-Ann, Scram C Baby… Toch is ergens in mijn hoofd een gat gevallen over wat er met die winkel is gebeurd. Opeens was-ie weg. Als inmiddels freelance (muziek)journalist voor het lokale dagblad hing ik eind jaren negentig meer dan goed voor me was op de Beestenmarkt rond en altijd liep ik even bij Perfect Sound Forever binnen. Heb voor de krant nog de op hun eigen Perfect Sound Forever label uitgebrachte albums van The Ace-Tones en Detsky Sad gerecenseerd. Dus waarom het verdwijnen van de winkel me volledig ontgaan is, zal altijd een mysterie blijven. Dat ik de opheffingsuitverkoop heb gemist (als die er überhaupt was) steekt welicht het meest. Maar goed. Perfect Sound Forever heeft bestaan en daar gaat het om. Ik ben daar nog steeds heel blij om.’


Mooie route, Edgar! Zaterdag is het Record Store Day, zo'n 200 optredens in 80 Nederlandse platenzaken. The record shops that shaped our lives, een fraai artikel in The Guardian, bracht Guuz op het idee van een Nederlandse variant, deze hele week te lezen op EHPO. De complete serie is aan te klikken met tag Record Store Day.

1 opmerking:

Wwzapper zei

Ik ken niet alle zaken die hier besproken worden, en deze sowieso niet, maar ik wil even m'n complimenten geven over de platenzaken-serie als geheel. Erg leuk om te lezen. :)

Hopelijk komt er nog een stukje over House Of Sounds in Den Bosch, dat was een vrij aparte zaak.